13 april 2021
Hoge stikstofbelasting oppervlaktewateren
De stikstofbelasting in Nederlandse oppervlaktewateren is groot, en in tegenstelling tot die op land onderbelicht. De doelen van de KRW worden in 2027 niet gehaald als de belasting niet fors wordt gereduceerd. Dat is de conclusie van een onderzoek dat is uitgevoerd in het kader van de Kennisimpuls Waterkwaliteit KIWK.
Binnen het KIWK-project ‘Systeemkennis en Ecologie’ is onderzoek gedaan naar de rol van stikstof voor (water)natuur in zoete Nederlandse oppervlaktewateren. Allereerst is via bronnenanalyses de herkomst van stikstof bepaald. Vervolgens is onderzocht welke omzettingen van stikstofverbindingen in het grond- en oppervlaktewater kunnen optreden. Ten slotte zijn de effecten bekeken van een hoge stikstofbelasting op de waterkwaliteit en aquatische natuur van zoete wateren. Verder zijn in het onderzoek de drempelwaarden voor ecologische effecten van stikstof vergeleken met de huidige normen. In dit rapport zijn de resultaten beschreven.
Herkomst van stikstof
Regionale bronnenanalyses geven een gedetailleerd beeld van de herkomst van stikstof in het oppervlaktewater. Het grootste deel blijkt afkomstig uit landbouwkundige activiteiten. Hoewel het aandeel van de landbouw gemiddeld 66 procent is, varieert dit erg per regio: tussen de 46 en 86procent. Verreweg de grootste post voor de huidige stikstofbelasting van het oppervlaktewater is de huidige bemesting. Andere bronnen, zoals rioolwaterzuivering en aanvoer vanuit het buitenland, leveren veelal een kleinere bijdrage. Deze conclusies worden bevestigd door de landelijke analyses. Ook daarin is vastgesteld dat ongeveer 2/3 van de stikstofuitspoeling naar Nederlandse oppervlaktewateren veroorzaakt wordt door mestgift op landbouwgronden.
Gevolgen van denitrificatie
Dit neemt niet weg dat (landelijk en regionaal) zogeheten ‘kleine’ bronnen een sterke invloed kunnen hebben op lokaal niveau. Dat komt omdat deze belastingroutes de belangrijkste bron van stikstof kunnen vormen in individuele wateren. Een groot deel van de stikstofbelasting bestaat uit nitraat, dat zeer mobiel is en eenvoudig kan uitspoelen naar het grond- en oppervlaktewater. Tijdens dit transport kan nitraat worden opgenomen en omgezet in diverse verbindingen. Eén van de belangrijkste omzettingen hierbij is denitrificatie. Hierbij wordt nitraat omgezet in stikstofgas (N2), dat vervolgens naar de atmosfeer ontsnapt en dus uit het watersysteem verdwijnt.
In de meeste Nederlandse stroomgebieden zal denitrificatie de grootste bijdrage leveren aan verwijdering van stikstof. Dat klinkt positief, omdat de stikstofconcentraties in het oppervlaktewater hierdoor dalen. Maar denitrificatie heeft ook een keerzijde: het vormt bijproducten als bicarbonaat en sulfaat, die eveneens schadelijk kunnen zijn voor de waternatuur.
Gevolgen
Een overmaat aan stikstof leidt tot een cascade van effecten op het ecologisch functioneren en de soortenrijkdom van Nederlandse oppervlaktewateren, aldus het onderzoek. Ten eerste kan een toegenomen stikstofbelasting de groei van algen stimuleren, waardoor eutrofiëring optreedt. Ten tweede kan te veel stikstof ook een disbalans veroorzaken tussen de hoeveelheden van verschillende nutriënten en mineralen in algen en waterplanten. Hierdoor kan de voedingswaarde veranderen, wat negatieve gevolgen heeft voor de rest van het voedselweb. Bovendien kunnen bepaalde giftige stikstofhoudende verbindingen (zoals NO2, NH4+) hoge concentraties bereiken, met grootschalige sterfte van planten en dieren als gevolg. Ten slotte kan te veel stikstof ook de beschikbaarheid van koolstof, sulfaat en fosfaat verhogen, wat de eutrofiering versterkt.
Drempelwaarden en huidige normen
In het onderzoek zijn de drempelwaarden voor ecologische effecten van stikstof samengevat en vergeleken met de huidige normen. Voor de meeste stilstaande wateren voldoen de huidige KRW-normen voor stikstof. Maar voor matig voedselrijke wateren zijn deze nog te ruim. Voor stromende wateren daarentegen zijn de KRW-normen veelal te soepel. Een nadere onderbouwing van KRW-normen voor nutriënten is gewenst. De voorgestelde drempelwaarden voor ecologische effecten van stikstof worden in vrijwel alle KRW-waterlichamen in Nederland (sterk) overschreden. Ook de huidige atmosferische stikstofdepositie op de aquatische Natura2000 habitattypen wordt overschreden.