6 januari 2025
KRW: hoe krijgen we meer grip op indirecte lozingen?
Waterschappen krijgen op rwzi's te maken met afvalwaterlozingen van bedrijven op het riool, zgn. indirecte lozingen. Met die lozingen komen vaak stoffen mee die schadelijk zijn voor de chemische en ecologische waterkwaliteit. Bovendien kunnen ze een goede werking van een zuivering verstoren. In Noord-Holland deed het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier mee een speciale pilot om greep te krijgen op dit type lozingen. Ook STOWA werkt aan oplossingen voor dit probleem.
In mei 2023 startte de samenwerking Waterketen Noorderkwartier met de omgevingsdiensten Noordzeekanaalgebied, IJmond, Noord-Holland Noord, Rijkswaterstaat en de provincie Noord-Holland de pilot ‘Grip op indirecte lozingen’. Tijdens de pilot werden 103 bedrijven uit diverse sectoren bezocht, waaronder afvalverwerking, de chemische en voedingsindustrie, olie- en vetverwerking en de medische sector (inclusief ziekenhuizen). Ze namen 77 afvalwatermonsters. Bij 80 procent van de bedrijven troffen ze één of meerdere Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) aan in het afvalwater. Het zijn stoffen die gevaarlijk zijn voor mens en milieu omdat ze bijvoorbeeld de voortplanting belemmeren, kankerverwekkend zijn of zich in de voedselketen ophopen. Deze stoffen kunnen de werking van de rwzi verstoren en daardoor tot hogere operationele kosten leiden. Daarnaast zijn de stoffen schadelijk voor de chemische en ecologische kwaliteit van het oppervlaktewater.
Voor de waterschappen vormen indirecte lozingen een groot probleem. Niet in de laatste plaats omdat de vergunningverlening van indirecte lozingen, alsmede het toezicht en de handhaving hierop niet meer bij de waterschappen ligt, maar bij de gemeenten. Die hebben de uitvoering op hun beurt gedelegeerd aan de omgevingsdiensten. Dat verloopt niet erg soepel. Met de KRW-deadline in zicht onderzoekt de Unie van waterschappen momenteel de wenselijkheid om de waterschapen weer bevoegd gezag te maken.
In juni 2024 organiseerde STOWA een netwerkbijeenkomst over indirecte lozingen, getiteld ‘Inzicht in het onzichtbare in het riool’. Tijdens deze bijeenkomst werden kennis en inzichten gedeeld over de manier waarop waterschappen moeten omgaan met lozingen van bedrijven op het riool. De presentaties van deze dag zijn via deze link te downloaden.
Meer weten over indirecte lozingen, de pilot en de activiteiten van STOWA op dit gebied? Lees het achtergrondverhaal hierover in STOWA ter Info 93. Of lees de belangrijkste conclusies uit het artikel hieronder.
Artikel STI 93 in het kort
- De pilot ‘Grip op indirecte lozingen’ bracht aan het licht dat veel bedrijven zonder het te weten Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) lozen.
- ZZS zijn stoffen die schadelijk zijn voor mens en milieu, een optimale werking van rwzi’s kunnen verstoren en een negatief effect hebben op de chemische en ecologische waterkwaliteit.
- Een gebrek aan landelijke normen, een gebrek aan middelen en te weinig prioriteit maakt het voor omgevingsdiensten, namens gemeenten en provincies bevoegd gezag, lastig om ZZS-lozingen aan te pakken.
- Er gaan steeds meer stemmen op om vergunningverlening, handhaving en toezicht op indirecte lozingen weer onder te brengen bij de waterschappen (bevoegd gezag).