18 maart 2022
Toekomstperspectief zandgronden
Hoe kunnen we natuurlijkere, gezondere zandgronden creëren? Zodanig dat natuurlijke processen de ruimte krijgen en benut worden. In dit project ontwikkelt een multidiciplinair team van onderzoekers op basis van uitgebreid (praktijk)onderzoek een wetenschappelijk onderbouwd toekomstperspectief. Het natuurlijke landschap is het uitgangspunt. De naam van het project: NATuur-gebaseerde aanpak voor klimaatrobuuste, duurzame en waardevolle zandlandschappen, kortweg NAT.
Het gaat niet goed met het Nederlandse zandlandschap. De druk op de zandgronden is hoog en afkomstig van diverse fronten. We gebruiken de grond voor landbouw en industrie, halen ons drinkwater eruit en wonen en recreëren erop. Klimaatverandering voert deze druk verder op. Willen we dat alle functies op duurzame wijze naast elkaar kunnen blijven bestaan, dan moeten we ingrijpen. Een landschap creëren waar natuurlijke processen de ruimte krijgen en benut worden, gebaseerd op de nieuwste wetenschappelijke inzichten en geholpen door de technieken van de 21ste eeuw. Hoe dat dan precies moet, is natuurlijk de hamvraag én een kwestie waarover een groot aantal partijen overeenstemming moet bereiken.
Een multidisciplinair team gaat op basis van uitgebreid (praktijk)onderzoek een wetenschappelijk onderbouwd toekomstperspectief ontwikkelen. Het team bestaat uit experts van Wageningen University & Research, de Radboud Universiteit (Nijmegen), HAS Hogeschool (Den Bosch), de Vrije Universiteit (Amsterdam) en de Universiteit van Keulen.
Uitgangspunt van het project is het natuurlijke functioneren van het landschap. In de afgelopen eeuwen heeft de mens de bodem en het landschap aangepast om intensief gebruik mogelijk te maken. Denk aan sloten en greppels voor ontwatering, kunstmest om de bodem vruchtbaar te maken en beregening in droge tijden. Het onderzoeksteam onder leiding van de Wageningse hoogleraar Bodemgeografie en Landschap Jacob Wallinga stelt voor dit om te draaien; niet bodem en landschap aanpassen aan gewenst gebruik, maar functies aanpassen aan de geschiktheid van bodem en landschap. Een leuk idee, maar hoe ziet dat er dan uit? Is het economisch haalbaar en wordt het maatschappelijk aanvaard? Simpel gezegd: kunnen we leven van en met een natuurlijk landschap? Verdienen boeren dan nog een fatsoenlijke boterham en is er dan nog voldoende ruimte voor al onze activiteiten?
Het NWO-project wordt gefinancierd door ruim twintig partijen, waaronder STOWA, waterschappen Aa en Maas, Vechtstromen, Vallei en Veluwe en de Dommel en de provincies Noord Brabant, Drenthe en Overijssel. Het programma duurt in totaal vier jaar