15 februari 2024
Waterschappen: denk na over je energievoorziening!
Waterschappen worden door de ontwikkelingen op energiegebied - elektrificatie, netcongestie, geopolitieke ontwikkelingen e.d. - gedwongen hun energievoorziening de komende jaren meer strategisch vorm te geven. Dat vereist aandacht op de werkvloer, maar ook in het bestuur. Dat is de belangrijkste conclusie van het E3B-project van STOWA. Doel van het E3B-project - Energievoorziening beschikbaar, betrouwbaar, betaalbaar - was te onderzoeken wat de impact van de ontwikkelingen op energiegebied is op de taken van het waterschap en welke handelingsperspectieven de waterschappen hebben. De conclusies zijn vervat in twee rapporten: een achtergrondrapport en een bestuurlijk rapport.
De wereld rond de energievoorziening is in de afgelopen jaren totaal veranderd. De vanzelfsprekendheid en onbegrensde mogelijkheden voor inkoop en transport van elektriciteit zijn omgeslagen in een situatie waarin elektriciteit een beperkende factor kan worden. Waterschappen zullen in de komende jaren de toenemende elektriciteitsvraag die nodig is, bijvoorbeeld om aan de waterkwaliteitseisen te kunnen voldoen, zelf - achter de eigen elektriciteitsmeter - moeten oplossen of oplossingen moeten vinden in overleg met hun netbeheerder, aldus de opstellers van het afsluitende E3B-rapport. Een intensiever gebruik van het elektriciteitsnet is in bijna geheel Nederland uitgesloten. Dat geldt dus ook voor het verzwaren van netaansluitingen van de rwzi’s en het terugleveren van elektriciteit. Het zal naar verwachting zeker tien jaar duren voordat hier verandering in komt en dan nog is het de vraag of de aanpassingen in het net de ontwikkelingen rond elektrificatie voor kunnen blijven.
De betrouwbaarheid van energielevering gaat bovendien mogelijk beïnvloed worden door de groei van de decentrale opwek van elektriciteit uit zon en wind en de toenemende elektrificatie bij verduurzaming. Het risico op netuitval neemt toe. Ook zullen de toenemende digitalisering en automatisering een grotere afhankelijkheid creëren. De opstellers van dit rapport adviseren in het licht hiervan te onderzoeken wat een uitval van enkele uren of met een hogere frequentie van uitval kan betekenen en hoe het waterschap hierop kan anticiperen.
Naast de beschikbaarheid speelt ook de kostenontwikkeling van energie. Kostenstijgingen van 200 procent in de afgelopen paar jaar zijn geen uitzondering. Ook wordt in de politiek gesproken over mogelijke beperking van het energiebelastingvoordeel voor grootverbruikers als gevolg van het voornemen fossiele subsidies af te schaffen. Voor de waterschappen betekent dit enkele tientallen miljoenen euro’s per jaar. Gelet op de dynamiek van de energietransitie en de geopolitieke situatie is de prijsontwikkeling van elektriciteit onzeker. De eigen opwek en mogelijkheden voor opslag kunnen hier in de toekomst meer prijsstabiliteit in brengen. Eén ding is zeker volgens de opstellers van het afsluitende rapport : hogere energiekosten zijn een blijvertje.
De algemene conclusie is dat de waterschappen per direct aan de slag moeten met hun energievoorziening, aldus de opstellers van dit rapport. De belangrijkste eerste stap is om het onderwerp te borgen binnen de organisatie, zowel qua uitvoering als bestuurlijk. Binnen het waterschap moeten de huidige netaansluitingen van rwzi’s en gemalen technisch inhoudelijk tegen het licht gehouden worden, om zodoende toekomstige knelpunten vast te stellen. Naar buiten toe moet er periodiek overleg plaats vinden tussen het waterschap, netbeheerders en de directe omgeving om toekomstige bottlenecks weg te nemen. De waterschappen worden dus gedwongen om hun elektriciteitsvoorziening in de komende jaren meer strategisch vorm te geven.