19 januari 2022
Hoe ziet Laag Nederland eruit in 2050?
STOWA en enkele waterschappen in Laag Nederland doen mee met het TKI-project ‘Laag Nederland in 2050’. In dit project wordt onderzocht hoe het landelijk gebied er over dertig jaar uit kan zien en hoe de belangen van stakeholders daarin passen. In het project ontwikkelen de partners visies voor 2050 en beschrijft men de keuzes die daar nu en in de toekomst voor gemaakt moeten worden.
In de huidige discussie rond het klimaat- en waterrobuust maken van Laag Nederland worden het huidig landgebruik en technische maatregelen meestal als uitgangspunt genomen. In dit project wordt juist gepoogd niet vanuit het huidige landgebruik te denken, maar vanuit toekomstige uitdagingen. Zo ontstaat er ruimte voor nature based solutions die bijvoorbeeld beter om kunnen gaan met de snelle veranderingen van de omgeving zoals maaivelddaling, zeespiegelstijging en verzilting. Dit onderzoek is een verdere concretisering van de ‘Kaart van Nederland 2120’ die Wageningen Environmental Research heeft ontwikkeld. Het onderzoek sluit ook aan bij het KLIMAP-onderzoek naar het klimaat- en waterrobuust maken van de hoge zandgronden, waar STOWA bij betrokken is.
Het project levert een concreet een plan op voor landgebruik en het inrichten van het landelijk gebied: oplossingen op kleine schaal (perceel) worden overstegen. Tevens wordt gekeken naar de impact van maatregelen op een heel gebied. Hierbij is naast het klimaat- en waterrobuust maken veel aandacht voor de toekomstige verdienmodellen voor de diverse belanghebbenden.
Er wordt daarbij nadrukkelijk op zoek gegaan naar vernieuwde landgebruikstypen, waarbij functies worden gecombineerd, of nieuwe functies (bijvoorbeeld teelten) worden geïntroduceerd. Samen met alle aanwezige belanghebbenden wordt gekomen tot een economisch, sociaal en waterrobuuste inrichting van het landelijke gebied binnen één generatie (2050).
Het project is gestart start met drie voorbeeldgebieden: Veenweide en Boezem Friesland, Veenweide Laag Holland en Schouwen-Duivenland. In deze gebieden worden knelpunten voor de lange termijn benoemd en geanalyseerd, onder andere door het interviewen van de belanghebbenden in de gebieden. > Meer informatie
Partners in dit project zijn: Wetterskip Fryslan, Waterschap Noorderzijlvest, Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, provincies Noord-Holland, Friesland en Zeeland, STOWA, It Fryske Gea, Rijkswaterstaat, gemeenten Amsterdam en Schouwen-Duivenland, KWR, Deltares en WUR.
(Bron: WUR)