Hydrochip: monitoren van de waterkwaliteit met behulp van DNA. Lekenrapport
STOWA, TNO, Vitens, Waternet en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier hebben van 2012 tot en met 2017 in een Europees Life+ project gedaan naar de (verdere) ontwikkeling van de Hydrochip. Het betreft een moleculaire technologie waarmee snel, betrouwbaar en kostenefficiënt de biodiversiteit en ecologische kwaliteit van oppervlaktewateren zouden kunnen worden vastgesteld. Daarmee zou het een aantrekkelijk alternatief kunnen zijn voor gangbare, biologische monitoringtechnieken. In dit lekenrapport worden de belangrijkste resultaten van dit project uit de doeken gedaan. Dit lekenrapport bevat de resultaten van dit onderzoek.
Publicatienummer |
2017-23a |
Thema |
Waterkwaliteit, Realiseren van ecologische waterkwaliteitsdoelen (KRW) |
Datum |
|
Uit het onderzoek is gebleken dat de Hydrochip in de praktijk (nog) niet de onderscheidende resultaten oplevert die belangrijk zijn voor een betrouwbare beoordeling van de ecologische waterkwaliteit. Het verbeteren van de validatie vraagt aanvullende investeringen, terwijl de slaagkans ervan onzeker is, aldus de onderzoekers. Ook is er in inmiddels een belangrijke concurrerende DNA-techniek beschikbaar: Next Generation Sequencing (NGS). Deze techniek is in vergelijking tot de Hydrochip sneller, minder foutgevoelig en heeft een breder toepassingsbereik. Het Hydrochipproject heeft wel bijgedragen aan een toenemende aandacht voor het gebruik van DNA-technologie bij waterkwaliteitsmonitoring.