Maatschappelijke Kosten-Batenanalyse wegvangen rivierkreeften
Waternet, de provincie Utrecht en Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard financieren via STOWA een onderzoek waarin een kosten-batenanalyse wordt opgesteld van het wegvangen van exotische rivierkreeften. Belangrijkste vraag: wat kost het en wat levert het op, zowel direct als indirect? Daarvoor worden in twee verschillende watersystemen proeven gedaan: de Molenpolder en de Krimpenerwaard.
Projectcode |
443.388 |
Uitvoerders |
Witteveen+Bos |
Thema |
Waterkwaliteit, Realiseren van ecologische waterkwaliteitsdoelen (KRW) |
Startdatum |
|
Einddatum |
|
De laatste decennia komen er steeds meer uitheemse rivierkreeften voor in Nederlandse wateren. Vooral de Rode Amerikaans Rivierkreeft is bezig aan een flinke opmars. Met name deze gravende soort baart de waterschappen zorgen. De kreeften hebben mogelijk een negatieve invloed op de waterkwaliteit. Ze knippen vegetatie kapot, maar door hun graverij vertroebelen ze ook het water en verminderen ze het doorzicht. Verder beïnvloeden ze mogelijk de inheemse macrofauna. Ze eten die op, of ze beconcurreren die omdat dat ze hetzelfde voedsel eten. De graverij van de kreeften zorgt waarschijnlijk ook voor extra baggeraanwas, waardoor waterschappen vaker moeten baggeren. In ieder geval staat vast dat ze met hun graverij zorgen voor extra afkalving van, en schade aan oevers. Ze graven bovendien in veenkaden. Daar maken waterschappen zich zorgen over in verband met de waterveiligheid.
Er heeft in 2019 onderzoek plaatsgevonden om verbanden te vinden tussen omgevingsfactoren en het al dan niet voorkomen van de kreeften. In het onderzoek zijn op 138 locaties in (West-)Nederland de dichtheden aan rode Amerikaanse rivierkreeften bepaald. Op deze locaties zijn ook een groot aantal omgevingsfactoren in kaart gebracht. Onder meer de hoeveelheid en soorten waterplanten, de steilte van het talud, het oevertype, de dikte van de sliblaag, het gevoerde beheer, de voedselrijkdom van het water en de bodem en de aanwezigheid van predatoren, zoals reigers, ooievaars, snoeken, baarzen en paling. Het betreft allemaal factoren die het voorkomen van meer of minder kreeften zouden kunnen verklaren.
Op deze enorme dataset hebben de onderzoekers uiteenlopende statistische analyses uitgevoerd. Helaas komen daar weinig aanknopingspunten uit voor mogelijke beheersmaatregelen. Vandaar dat nu wordt gekeken in hoeverre het kosteneffectief is om de kreeften weg te vangen.
Over de aanleiding en achtergronden van het kreeftenonderzoek is een uitgebreid verhaal verschenen in STOWA ter Info 75 (januari 2020). > Lees het verhaal