Adsorptie van fosfaat als nabehandelingstechniek: haalbaarheidsonderzoek
In deze rapportage wordt verslag gedaan van een haalbaarheidsonderzoek naar de toepassing van filtermateriaal uit de drinkwaterbereiding voor de verwijdering van fosfaat uit rwzi-effluent.
Publicatienummer |
2007-26 |
Thema |
Circulaire economie, Produceren van grondstoffen |
Datum |
|
De rapportage bestaat uit een literatuuronderzoek naar de theorie van fosfaatbinding aan ijzer(hydr)oxiden. Tevens beschrijft deze rapportage de schudproeven die uitgevoerd zijn om de mogelijkheden die ijzer(hydr)oxides bieden voor de verlaging van (ortho-)fosfaatgehaltes te onderzoeken. De ijzer(hydr)oxiden die voor de proeven zijn gebruikt, zijn afkomstig uit de eerste (zand)filtratiestap bij de drinkwaterbereiding. Met schudproeven is onderzocht in welke mate fosfaat uit rwzi effluent geadsorbeerd kan worden aan ijzer(hydr)oxiden.
De conclusies van dit haalbaarheidsonderzoek zijn:
- Uit de analyses van het filtermateriaal is gebleken dat de hoeveelheden ijzer en calcium van het filtergrind of antraciet per pompstation sterk variëren.
- Uit de schudproeven wordt geconcludeerd dat adsorptie van fosfaat aan het filtermateriaal optrad. Zeer lage fosfaatconcentraties (< 0,15 mg PO4-P/l) worden behaald bij een belading van 5 tot 10 g P/kg Fe en/of bij 0,10 tot 0,15 g P/kg d.s.
- Het verwijderen van fosfaat uit RWZI effluent door adsorptie aan filtermateriaal uit de drinkwaterbereiding met als doel om zeer lage effluentconcentraties (< 0,15 mg PO4-P/l) te behalen is in principe mogelijk, doch de verhouding tussen benodigd filtermateriaal en de hoeveelheid fosfaat die deze kan binden is dusdanig dat deze techniek niet geschikt is voor de praktijk. Verdergaand onderzoek (kolomproeven, pilot plant) wordt derhalve niet aanbevolen.