Beoordelingskader koudelozingen
In dit project wordt gewerkt aan de uitwerking van een praktisch bruikbaar beoordelingskader voor koudelozingen. Er bestaat een duidelijke behoefte aan zo'n kader, omdat de waterbeheerders steeds vaker vergunningaanvragen ontvangen voor dit soort lozingen in het kader van aquathermieprojecten, maar er nog geen duidelijke handvatten voor de beoordeling zijn. Dit project maakt onderdeel uit van het programma Waterbeheer en Regionale Energiestrategieën (WARES).
Uitvoerders |
Witteveen+Bos, AT Osborne |
Thema |
Energietransitie, Produceren van energie (o.m. aquathermie) |
Startdatum |
|
Einddatum |
|
Tags |
Op dit ogenblik is er nog weinig kennis over het effect van koudelozingen op de ecologische waterkwaliteit. Het is niet goed bekend wanneer nadelige effecten verwacht kunnen worden en daarmee in hoeverre en onder welke condities vergunning verleend kan worden voor koudelozingen in verband met het terugwinnen van warmte uit oppervlaktewater. Tegelijkertijd zijn praktijkervaringen nodig om inzicht te krijgen in de mate waarin koudelozingen tot ecologische effecten leiden. Om deze patstelling rond vergunningverlening & koudelozingen te doorbreken wordt in dit project een nadere uitwerking gegeven aan het eerste ruwe toetsingskader dat een paar jaar geleden is opgesteld.
Om tezijnertijd ruimte te geven aan inpassing van de resultaten van het (wetenschappelijke) onderzoeksproject WarmingUp, heeft het uit te werken kader een voorlopig karakter (versie 1.0). Bij de uitwerking van versie 2.0 - waarin de resultaten van het onderzoeksproject WarmingUp kunnen worden meegenomen – en zullen de beoordelingskeuzes worden verfijnd op basis van de nieuwste wetenschappelijke inzichten.
STOWA heeft de tot dusver beschikbare kennis over dit onderwerp gebundeld in een Deltafact Koudelozingen. > KLIK HIER
Waterbeheer en Regionale Energiestrategieën WARES
Dit project maakt onderdeel uit van het programma Waterbeheer en Regionale Energiestrategieën (WARES) dat STOWA samen met de Unie van Waterschappen uitvoert. Het ministerie van Binnenlandse Zaken financiert het programma.